Innovatie is in mijn ogen altijd spannend. Je stapt namelijk af van het gebruikelijke en gaat iets nieuws proberen. Van innoveren kun je echter wel altijd leren. Tijdens het innovatieproces kunnen er dingen goed gaan, maar ook zeker dingen fout gaan. In beiden gevallen is er sprake van een leerproces, van fouten kun je immers (ook) leren!
Innovatie bestaat er in alle soorten en maten. Gemeenschappelijk is dat een innovatie iets teweeg moet brengen. Wat innovatie precies is en in welke vormen je het tegen komt wordt in dit blog besproken.
Innovatie bestaat er in alle soorten en maten. Gemeenschappelijk is dat een innovatie iets teweeg moet brengen. Wat innovatie precies is en in welke vormen je het tegen komt wordt in dit blog besproken.
Innovatie betekend letterlijk: vernieuwing (Ondernemersplein, 2015, ). Dit kunnen vernieuwingen zijn door uitvinders en/of wetenschappers, maar ook ondernemers innoveren. Een voorbeeld van een innovatie door ondernemers is: Uber. Uber is een taxibedrijf dat mensen de mogelijkheid biedt om met hun eigen auto taxichauffeur te spelen. Zo'n alternatieve taxi kan gemakkelijk besteld worden met de daarvoor ontwikkelde 'Uber-app'. Tevens kunnen mensen via deze app zien waar de dichtstbijzijnde Uber-taxi is en door het invoeren van je eindbestemming krijg je ook direct een prijsindicatie. klik hier
Innovatie vindt veelal plaats in de ondernemerswereld. Dit is, naar mijn mening, logisch te verklaren, aangezien ondernemingszin een belangrijke rol speelt binnen het innovatieproces. Als je bezit over ondernemingszin durf je nieuwe dingen te proberen, zie je telkens kansen en durf je vooral ook fouten te maken (klik hier voor meer informatie). Alleen met een dergelijke instelling ben je in staat nieuwe dingen te ontwikkelen die daadwerkelijk betekenis hebben voor een grotere groep mensen.
Innovatie vindt echter niet alleen plaats onder ondernemers. Ook in onderwijsland vinden er verschillende innovaties plaats. De minor: Kind, Leren & Media leerde mij dat innovatie lang niet altijd ingewikkeld hoeft te zijn. Het is alleen van belang om met een open blik, ook wel Growth mindset (Dweck, 2006) naar dingen te kijken. Tevens is er een theorie die houvast biedt bij het innoveren. Het betreft de innovatietheorie van Rogers (2003):
Innovatie vindt veelal plaats in de ondernemerswereld. Dit is, naar mijn mening, logisch te verklaren, aangezien ondernemingszin een belangrijke rol speelt binnen het innovatieproces. Als je bezit over ondernemingszin durf je nieuwe dingen te proberen, zie je telkens kansen en durf je vooral ook fouten te maken (klik hier voor meer informatie). Alleen met een dergelijke instelling ben je in staat nieuwe dingen te ontwikkelen die daadwerkelijk betekenis hebben voor een grotere groep mensen.
Innovatie vindt echter niet alleen plaats onder ondernemers. Ook in onderwijsland vinden er verschillende innovaties plaats. De minor: Kind, Leren & Media leerde mij dat innovatie lang niet altijd ingewikkeld hoeft te zijn. Het is alleen van belang om met een open blik, ook wel Growth mindset (Dweck, 2006) naar dingen te kijken. Tevens is er een theorie die houvast biedt bij het innoveren. Het betreft de innovatietheorie van Rogers (2003):
Volgens Rogers (2003) is het van belang om na te gaan hoe een product of idee zich onder afnemers ontwikkelt. Dit is volgens Rogers van belang, omdat ieder stadium waarin een product/idee zich kan bevinden nieuwe aanpassingen met zich meebrengt. Denk hierbij aan veel of weinig promotie en een hoge of lage verkoopprijs. Rogers beschrijft in zijn theorie de volgende stadia:
- Innovatoren (innovators): Wanneer een product in de markt gezet wordt, wordt het product in eerste instantie afgenomen door de: 'innovators'. Dit is een kleine groep mensen die het product als eerste willen hebben en uitproberen. Deze mensen zijn dus bereid om risico's te nemen, aangezien het op dat moment nog niet bekend is of de werking van het product goed is.
- Pioniers (early adoptors): Net als de 'innovators' proberen de 'early adopters' graag nieuwe dingen uit en vinden ze het geen probleem om te investeren in nieuwe producten. Het betreft wel een grotere groep dan de 'innovators' en zij hebben bovendien vaak al veel voorkennis van het nieuwe product. Onder andere door deze kennis, spelen zij een belangrijke rol in de mond tot mond reclame rondom het nieuwe product. Er vindt in dit stadium dan ook sterke groei in verkoop plaats.
- Voorlopers (early majority): De groep 'early majority' is liefhebber van trends, maar kijk in eerste instantie de kat uit de boom voordat ze tot aanschaf over gaat. Door deze groep mensen wordt het product in groten getale gekocht. Het product wordt in dit stadium uitermate populair en bekend bij de grote massa.
- Achterlopers (late majority): De groep 'late majority' loopt eigenlijk achter de feiten aan en gaat pas over tot aanschaf nadat het product al door velen gekocht is. In dit stadium verliest het product ook populariteit. Deze groep mensen wacht met de aanschaf van het product, omdat ze eerst zeker willen weten dat de werking van het product goed is.
- Achterblijvers (laggards): De groep 'laggards' blijft achter in trend en houdt niet van venieuwing. Pas wanneer het product langzaamaan de markt verlaat, zal de groep alsnog het product willen aanschaffen. De meest voor de hand liggende reden is, dat deze groep mensen wacht totdat de verkoopprijs verlaagd wordt.
- Innovatoren (innovators): Wanneer een product in de markt gezet wordt, wordt het product in eerste instantie afgenomen door de: 'innovators'. Dit is een kleine groep mensen die het product als eerste willen hebben en uitproberen. Deze mensen zijn dus bereid om risico's te nemen, aangezien het op dat moment nog niet bekend is of de werking van het product goed is.
- Pioniers (early adoptors): Net als de 'innovators' proberen de 'early adopters' graag nieuwe dingen uit en vinden ze het geen probleem om te investeren in nieuwe producten. Het betreft wel een grotere groep dan de 'innovators' en zij hebben bovendien vaak al veel voorkennis van het nieuwe product. Onder andere door deze kennis, spelen zij een belangrijke rol in de mond tot mond reclame rondom het nieuwe product. Er vindt in dit stadium dan ook sterke groei in verkoop plaats.
- Voorlopers (early majority): De groep 'early majority' is liefhebber van trends, maar kijk in eerste instantie de kat uit de boom voordat ze tot aanschaf over gaat. Door deze groep mensen wordt het product in groten getale gekocht. Het product wordt in dit stadium uitermate populair en bekend bij de grote massa.
- Achterlopers (late majority): De groep 'late majority' loopt eigenlijk achter de feiten aan en gaat pas over tot aanschaf nadat het product al door velen gekocht is. In dit stadium verliest het product ook populariteit. Deze groep mensen wacht met de aanschaf van het product, omdat ze eerst zeker willen weten dat de werking van het product goed is.
- Achterblijvers (laggards): De groep 'laggards' blijft achter in trend en houdt niet van venieuwing. Pas wanneer het product langzaamaan de markt verlaat, zal de groep alsnog het product willen aanschaffen. De meest voor de hand liggende reden is, dat deze groep mensen wacht totdat de verkoopprijs verlaagd wordt.
Succesfactoren
Om een innovatie te laten slagen is het dus van belang om rekening te houden met de hierboven genoemde stadia. Rogers (2003) beschrijft echter ook succesfactoren die van belang zijn bij het laten slagen van een innovatie:
- Past het bij je? (compatibility): Is de innovatie iets dat past binnen de organisatie/school?
- Wat levert het op? (profitability): Heb je er voordeel bij? Draagt het bij aan een hogere betrokkenheid van kinderen? Is het iets dat collega's ook kunnen gaan gebruiken?
- Is het niet te moeilijk? (complexity): ICT is een vakgebied waar veel mensen/leerkrachten nog onzeker over zijn. Het is daarom van belang om ervoor te zorgen dat de innovatie gemakkelijk te begrijpen is en de doelen helder zijn.
- Openheid creëren (observability): Zorg ervoor dat meerdere mensen deelgenoot kunnen zijn van je innovatie.
- Proberen/experimenteren (trailability): Probeer de innovatie eerst kleinschalig uit en ga ermee experimenteren. Zodra het experimenteren positief verloopt zullen meer mensen enthousiast worden.
Om een innovatie te laten slagen is het dus van belang om rekening te houden met de hierboven genoemde stadia. Rogers (2003) beschrijft echter ook succesfactoren die van belang zijn bij het laten slagen van een innovatie:
- Past het bij je? (compatibility): Is de innovatie iets dat past binnen de organisatie/school?
- Wat levert het op? (profitability): Heb je er voordeel bij? Draagt het bij aan een hogere betrokkenheid van kinderen? Is het iets dat collega's ook kunnen gaan gebruiken?
- Is het niet te moeilijk? (complexity): ICT is een vakgebied waar veel mensen/leerkrachten nog onzeker over zijn. Het is daarom van belang om ervoor te zorgen dat de innovatie gemakkelijk te begrijpen is en de doelen helder zijn.
- Openheid creëren (observability): Zorg ervoor dat meerdere mensen deelgenoot kunnen zijn van je innovatie.
- Proberen/experimenteren (trailability): Probeer de innovatie eerst kleinschalig uit en ga ermee experimenteren. Zodra het experimenteren positief verloopt zullen meer mensen enthousiast worden.
Innovatie in de praktijk
Innovaties kent altijd voor- en tegenstanders. Dit is op een basisschool niet anders. Op een basisschool zul je net zoals in de maatschappij te maken krijgen met de verschillende groepen die Rogers (2003) beschrijft. Zodra je aan de slag gaat met een innovatie zul je allereerst in aanraking komen met een kleine groep leerkrachten die geïnteresseerd zijn in je onderwijsontwerp/innovatie. Een grotere groep leerkrachten zal eerst even de spreekwoordelijke 'kat uit de boom kijken'. Dit is niet erg, maar daardoor wordt het belang van het zichtbaar maken van de innovatie wel groter. Door klein te beginnen met je innovatie en duidelijk te maken dat je in eerste instantie alleen iets aan het proberen bent kun je laten zien dat de innovatie positieve gevolgen met zich meebrengt. Ik houdt voor mijn innovatie een blog bij met de kinderen, waarop leerkrachten, ouders en andere leerlingen kunnen bijhouden waar de groep mee bezig is. Ik hoop op deze manier de andere leerkrachten te stimuleren om ook een dergelijk project te organiseren in hun eigen klas.
Innovaties kent altijd voor- en tegenstanders. Dit is op een basisschool niet anders. Op een basisschool zul je net zoals in de maatschappij te maken krijgen met de verschillende groepen die Rogers (2003) beschrijft. Zodra je aan de slag gaat met een innovatie zul je allereerst in aanraking komen met een kleine groep leerkrachten die geïnteresseerd zijn in je onderwijsontwerp/innovatie. Een grotere groep leerkrachten zal eerst even de spreekwoordelijke 'kat uit de boom kijken'. Dit is niet erg, maar daardoor wordt het belang van het zichtbaar maken van de innovatie wel groter. Door klein te beginnen met je innovatie en duidelijk te maken dat je in eerste instantie alleen iets aan het proberen bent kun je laten zien dat de innovatie positieve gevolgen met zich meebrengt. Ik houdt voor mijn innovatie een blog bij met de kinderen, waarop leerkrachten, ouders en andere leerlingen kunnen bijhouden waar de groep mee bezig is. Ik hoop op deze manier de andere leerkrachten te stimuleren om ook een dergelijk project te organiseren in hun eigen klas.
Bronnen
- Haterd, B, Van de. (2007). Ben jij een early adopter? Geraadpleegd op 12-06-2015, zie hiervoor: http://www.marketingfacts.nl/berichten/20071209_ben_jij_een_early_adapter.
- Kooi, B, Van der. (2013). Social Maturity: Hoe Social Media zich verhoudt tot Rogers' innovatietheorie. Geraadpleegd op 12-06-2015, zie hiervoor: http://www.socialmediamodellen.nl/2013/06/social-maturity-hoe-social-media-zich-verhoudt-tot-rogers-innovatietheorie/.
- Ondernemersplein (2015). Wat is innovatie nu eigenlijk? Geraadpleegd op 12-06-2015, zie hiervoor: http://www.ondernemersplein.nl/ondernemen/innovatie-en-productontwikkeling/wat-is-innovatie-nu-eigenlijk/.
- Vliet, V, Van. (2014). Diffusie van innovatie (Rogers). Geraadpleegd op 12-06-2015, zie hiervoor: http://www.toolshero.com/nl/diffusie-van-innovatie/.
- Haterd, B, Van de. (2007). Ben jij een early adopter? Geraadpleegd op 12-06-2015, zie hiervoor: http://www.marketingfacts.nl/berichten/20071209_ben_jij_een_early_adapter.
- Kooi, B, Van der. (2013). Social Maturity: Hoe Social Media zich verhoudt tot Rogers' innovatietheorie. Geraadpleegd op 12-06-2015, zie hiervoor: http://www.socialmediamodellen.nl/2013/06/social-maturity-hoe-social-media-zich-verhoudt-tot-rogers-innovatietheorie/.
- Ondernemersplein (2015). Wat is innovatie nu eigenlijk? Geraadpleegd op 12-06-2015, zie hiervoor: http://www.ondernemersplein.nl/ondernemen/innovatie-en-productontwikkeling/wat-is-innovatie-nu-eigenlijk/.
- Vliet, V, Van. (2014). Diffusie van innovatie (Rogers). Geraadpleegd op 12-06-2015, zie hiervoor: http://www.toolshero.com/nl/diffusie-van-innovatie/.